Over krap vier jaar zijn de productiekosten van een elektrische auto gelijk aan die van een exemplaar met verbrandingsmotor. Dat voorspelt de Zwitserse zakenbank UBS, aangezien de accupakketten van elektrische auto’s, de belangrijkste kostenpost, steeds goedkoper geproduceerd kunnen worden.
UBS vergeleek de prijs per kilowattuur (kWh), een belangrijke maatstaf voor de kosten van het accupakket en daarmee de elektrische auto, van de zeven grootste producenten van batterijcellen en accupakketten. Daaronder vallen bedrijven als het Japanse Panasonic, LG Chem uit Zuid-Korea en het Chinese Contemporary Amperex Technology (CATL).
In de auto-industrie wordt een gemiddelde prijs van rond de 100 dollar per kWh (84,4 euro) gezien als het magische getal waarbij de productiekosten van een elektrische auto in de buurt komen bij die van een brandstofmodel. Dit wordt volgens UBS in 2022 behaald, waardoor het verschil in productiekosten onder de 2.000 dollar uitkomt.
Twee jaar later zal dit verschil verdwenen zijn, verwacht UBS. “Er zijn na 2025 niet veel redenen meer over om voor een auto met verbrandingsmotor te gaan”, zei UBS-analist Tim Bush vorige week in gesprek met The Guardian. De bank verwacht dat elektrische auto’s dat jaar wereldwijd een aandeel van 17 procent in de verkoop zullen hebben. In 2030 is dat opgelopen tot 40 procent.
Laat een reactie achter