Misschien vormen een elektromotor en een dieselmotor toch niet zo’n gekke combinatie, zeker niet met 48 volt-techniek.
Weinigen hebben een serieuze poging gewaagd met een dieselhybride. De Peugeot 508, 3008 en Citroën DS5 waren er in een Hybrid4-uitvoering, Volvo levert de welbekende V60 in een Twin Engine-uitvoering en dat was het wel zo’n beetje. In theorie is dit het recept voor optimale zuinigheid. In de stad wordt er volledig elektrisch gereden. Op de langere afstanden wordt het werk verricht door een zuinige dieselmotor, die met de laatste technieken betrekkelijk uitstootarm is.
Maar nu wordt de aloude diesel gecombineerd met het nieuwste van het nieuwste in autoland; 48 volt-techniek. De elektronica – van rijhulpsystemen tot multimedia – vergt stilaan teveel van de 12 voltaccu. Meer spanning op het boordnet van een auto heeft nog een voordeel. Het kan helpen om het verbruik omlaag te brengen en ervoor zorgen dat een auto ook daadwerkelijk zuinig is.
Elektrificatie laat de motor zuiniger lopen. Een dieselkatalysator die elektrisch wordt verwarmd en nabehandeling van de uitlaatgassen leiden tot een reductie van 60 % van de stikstofuitstoot. Daarmee haalt de Continental Super-Clean Diesel de zeer strenge limieten in de uitstoot van Co2 en NOx uit de Real Driving Emissions-verbruikstesten.
De 48 volt-techniek is volgens Continental ook zeer bruikbaar voor plugin-hybrides. Het merk komt met schaalbare modules die het autofabrikanten mogelijk maken om met minimale inspanningen de aandrijflijn te elektrificeren. De techniek heeft bij Continental vooralsnog een conceptuele vorm. De eerste auto met 48 volt-techniek is er ondertussen al, dat is de Audi SQ7.
Laat een reactie achter